Hersenonderzoek en de beroepspraktijk

congresfoto
Afgelopen week bezocht ik twee totaal verschillende dagen waarin kennis gedeeld werd over onderzoek naar de hersenwerking en hoe we die werking positief kunnen beïnvloeden. Mijn conclusie: het onderzoek levert resultaten die direct toepasbaar zijn in de praktijk bij leer- en gedragsproblemen. Er is nog wel meer samenwerking tussen de disciplines nodig om gezamenlijk, met alle kennis die er is, de beste resultaten te boeken.

‘Hersenen; hoofd- of bijrol bij gedrag en stemming’ en de ‘Breinproductendag’. Beide interessant, beide goed bezocht, beide met goede sprekers, maar vanuit een verschillende invalshoek en met een verschillend publiek.
Op het eerste congres werd gekeken naar de invloed van voeding en de gevolgen van voedingstekorten op de werking van de hersenen. Het was in eerste instantie bedoeld voor artsen, diëtisten, therapeuten en voedingsdeskundigen.
Op het tweede congres werden de maatschappelijke opbrengsten gepresenteerd van hersen- en cognitieonderzoek op het terrein van gezondheid, veiligheid en leren. Een vierjarig onderzoeksprogramma van het Nationaal Initiatief Hersenen en Cognitie, waarbij gezocht wordt naar praktische toepassingen voor onderzoeksresultaten. Het publiek bij de themasessies over leren bestond vooral uit onderzoekers van universiteiten en onderzoeksinstituten, leerkrachten en directeuren uit het onderwijs.

Overeenkomsten

Beide keren ging het over geheugenwerking, concentratie, stress, ADHD, autisme, agressie, dyslexie, depressie, antisociaal gedrag en het belang van een vroege diagnose. Iedereen werkt vanuit het idee kinderen, jongeren en ouderen zo optimaal mogelijk te laten functioneren. Iedereen is er ook van overtuigd dat we veel meer preventief moeten werken en daarmee problemen kunnen voorkomen.

Verschillen

De voedingswetenschappers kijken naar de invloed van darmfunctie, immuunsysteem, bacteriën, energiehuishouding en spijsvertering op leer- en gedragsproblemen en de rol van voeding en voedingssupplementen daarbij. Zij stellen dat aanpassing van de voeding vaak tot vermindering of soms zelfs tot verdwijnen van de problemen leidt. Soms zijn er ook meer interventies nodig om tot het gewenste resultaat te komen. De neurowetenschappers ontwikkelen die interventies: trainingen, games, instrumenten, apps, lesmethoden, leermiddelen en testen en maken hersenscans waarmee het effect van die interventies zichtbaar kan worden gemaakt. Zij kijken ook naar de invloed van beweging, slaap, muziek en voeding op de hersenfuncties.

Samenwerking in hersenonderzoek

Het lijken nog sterk gescheiden werelden, terwijl ze elkaar volgens mij uitstekend ondersteunen en aanvullen. Meer uitwisseling en gezamenlijke onderzoek levert een betere aanpak van leer- en gedragsproblemen, waar de beroepspraktijk misschien nog wel tegen lagere kosten gebruik van kan maken.
Met voeding kun je veel leer- en gedragsproblemen (preventief) aanpakken. Waar voeding niet afdoende werkt, heb je andere interventies nodig. Maar, als de basis (zuurstof, slaap, water, beweging en voeding) niet goed is, hebben andere interventies minder zin voor je hersenen; als de basis wel goed is, hebben je hersenen andere interventies minder nodig.