Passend onderwijs voor onderwijsgevenden!

P1000879
Leerkrachten en docenten willen het beste uit hun leerlingen en studenten halen; het zijn vaak idealisten met hart voor hun werk. Dat was vroeger al zo, dat is nu ook overduidelijk en dat zal zeker zo blijven. Gelukkig maar, want die idealisten zijn hard nodig! Maar onderwijsgevenden ondervinden wel degelijk problemen in hun werk. En in een periode van vijf jaar zie ik een verschuiving in de problemen die zij ervaren.

Ervaren problemen

Welke problemen ervaren onderwijsgevenden als meest storend in hun werk? Die vraag is met een tussentijd van vijf jaar gesteld aan leerkrachten en docenten in Limburg (po, vo en mbo). De eerste keer in de periode van 2009-2010 en de tweede keer dit jaar in maart en mei.
In 2009-2010 hebben toenmalige deeltijd-masterstudenten pedagogiek in Sittard, werkzaam in het onderwijs, die vraag aan hun collega’s gesteld. Ik kreeg op die manier gegevens van 25 scholen uit het po, vo en mbo verspreid over Limburg.
Dit voorjaar is de vraag voorgelegd aan alle deelnemers van twee bijeenkomsten van het onderwijsnetwerk HARTverwarmendWijs Limburg.  Dat leverde 73 ingevulde vragenlijsten op vanuit po, vo en mbo.
Uit de ingevulde vragenlijsten blijkt dat de focus duidelijk verschoven is: van leer- en gedragsproblemen bij de leerlingen en studenten naar problemen met de organisatie van het onderwijs.

Genoemde problemen in 2009/2010

  • leerlingen met PDD NOS, autisme, syndroom van Asperger, ADD en ADHD;
  • leerlingen die depressief zijn;
  • leerlingen met somatische klachten: buikpijn, misselijk, hoofdpijn;
  • leerlingen met gebrek aan energie, weinig inzet en snel opgeven;
  • leerlingen met dyslexie, dyscalculie of taal- en/of spraakproblemen;
  • leerlingen met motorische problemen in de grove en fijne motoriek;
  • leerlingen en studenten die moeilijk sociale relaties aan kunnen gaan, te weinig empatisch vermogen hebben en weinig of geen reflectievermogen vertonen;
  • leerlingen en studenten waar een verstoorde ouder-kind relatie doorwerkt in de leerprestaties;
  • leerlingen en studenten met concentratieproblemen, snel afgeleid, afwezig;
  • leerlingen en studenten met een kort lontje, agressief gedrag, erg prikkelbaar;
  • leerlingen en studenten met faalangst, gebrek aan zelfvertrouwen, een negatief zelfbeeld, examenvrees, angst voor toetsen;
  • leerlingen en studenten met onvoldoende motivatie;
  • studenten die geen koppeling kunnen leggen tussen het geleerde in de theorie en het uitvoeren in de praktijk, die geen transfercapaciteit hebben en geen totaaloverzicht over de studie;
  • studenten die slecht of niet kunnen plannen;
  • studenten met geheugenproblemen.

Genoemde problemen in 2014

  • er heerst te veel bureaucratie in het onderwijssysteem, te veel papierwinkel, er gaat veel te veel tijd in de administratie zitten
  • de werkdruk is te hoog, de leerkracht wordt overvraagd;
  • de klassen zijn overvol, de groepen zijn te groot om goed les te kunnen geven met gevarieerde werkvormen en om passend onderwijs te kunnen toepassen;
  • de focus ligt veel te veel op het cognitieve, veel te weinig op persoonlijke ontwikkeling van de individuele leerling of student;
  • er is te weinig geld beschikbaar om goed onderwijs te kunnen verzorgen;
  • de onderwijsgevenden zijn onvoldoende opgeleid voor de huidige complexe problemen die in het onderwijs naar voren komen;
  • er zitten te veel studenten in een verkeerd onderwijstype;
  • er wordt te veel en te vaak getoetst, het onderwijs is te veel gericht op presteren;
  • er zijn veel ongemotiveerde leerlingen en studenten;
  • er is te weinig aandacht, rust en vrijheid voor de individuele leerling en student;
  • het onderwijs is aanbodgestuurd voor de hele groep ipv vraaggestuurd door en voor het individu;
  • er zijn in het onderwijs te veel opgelegde veranderingen in te korte tijd doorgevoerd, er is geen tijd om iets te laten beklijven;
  • er zijn veel zorgleerlingen waar te weinig tijd en aandacht voor is;
  • er is te weinig fysieke ruimte in de overvolle klassen.

Zijn onderwijsgevenden inmiddels gewend aan hun zorgtaken en aan leerlingen/studenten die extra aandacht vragen? Komen daardoor de klachten naar voren die te maken hebben met tijdgebrek, bezuinigingen, werkdruk, enz.? Wordt de organisatorische kant van het onderwijs als zo zwaar ervaren dat die meer gewicht in de schaal legt dan de problemen bij de leerlingen, die echt niet allemaal verdwenen zijn?

Onderwijsgevenden verdienen meer steun

Leerkrachten en docenten verdienen een goed passend onderwijsconcept. Als we hen ondersteunen en de organisatie van het onderwijs afstemmen op hun behoeften, krijgen zij de kans om onderwijs te verzorgen dat passend is voor iedere leerling en student. Momenteel worden leerlingen en studenten, maar ook onderwijsgevenden ondergeschikt gemaakt aan het systeem. Daardoor blijven kansen en mogelijkheden onbenut, kan niet iedereen optimaal presteren en is er veel uitval, zowel bij leerlingen en studenten als bij onderwijsgevenden.